Over luisteren (naar de lente bijvoorbeeld)

20 februari 2017
Lente - bloesem in februari

Begin februari viel het me opeens op: een zachte tinteling in de lucht; het had iets energieks. Die atmosfeer had ik de dagen ervoor niet ervaren, dat wist ik zeker. Het gevoel deed denken aan de lente, al kon ik niet precies duiden waarom. Alleen: het was pas begin februari, nog lang geen lente in zicht volgens de kalender.

Een paar dagen later zag ik roze bloesem. Bloesem, in februari. Zie je, toch lente! Nee hoor, leerde iemand mij, want de struik waar de bloesem toe behoorde was een winterbloeier. Ik zag nog meer: twee tortelende duiven in de esdoorn voor mijn huis. Ik zag iele krokussprietjes boven de sneeuw uit piepen. Er zaten ook – je moest wel goed kijken – minuscule, frisgroene knoppen aan de takken van de bomen in het park. Op social media kwamen zelfs al kuddes lammetjes voorbij.

Kalenderwaarheid

Hoeveel jaren heb ik deze eerste tekenen van de lente gezien, om er meteen achteraan te denken dat de natuur wel erg vroeg was deze keer? Mijn beleving van de seizoenen heb ik daarmee al die tijd laten bepalen door wat ik als kind heb geleerd over de kalender, en de datum waarop seizoenen officieel beginnen, in plaats van af te gaan op wat ik buiten zag gebeuren.

Open luisteren

‘Ingekleurde waarneming’ zou je dat kunnen noemen: kijken naar de wereld door een bril (met meekleurende glazen ook nog eens) die je ooit aangemeten hebt gekregen, of die je zelf hebt opgezet. Wat je meent te zien, te horen, voelen, ruiken, proeven, is meestal niet wat je puur waarneemt, maar een waarneming bedolven onder meningen, ervaringen, conclusies, opgedane kennis en verwachtingen.

Dat effect doet zich voor bij elke vorm van waarnemen via de zintuigen. Al in iets dagelijks als het voeren van een gesprek. Wat je de iemand hoort zeggen raakt gekleurd door het beeld dat je van de ander hebt gevormd (‘zij is altijd kritisch’, ‘hij kan niet luisteren’, ‘zij is een expert op dat gebied’) en door je associaties met het gespreksonderwerp (‘dat ken ik ook!’, ‘daar geloof ik niet in’). Daardoor luister je niet echt wat er gezegd wordt, of wat er tussen de regels staat. Weg openheid.
Je antwoord wordt een antwoord op wat je dacht te horen met die bril op. Zo praat je ongemerkt langs elkaar heen en ontstaat frictie in de communicatie. Dat kan bij beiden het gevoel geven geen ruimte te krijgen in het gesprek, en niet gehoord te worden.

Luisteren naar de lente

Als de lente een vrouw was dan rolde ze nu met haar ogen (‘Ik zei het toch, kijk dan goed!’). Onze lente is een merkbare volgende fase, een verandering in het cyclische proces van onze seizoenen. Het prille begin van een expansieperiode, van naar buiten treden. Van laten zien wat tijdens de winter in stilte is opgebouwd en uitgewerkt. En dat is nu allemaal al goed zichtbaar, in februari. Je kunt de lente ook in je lichaam ervaren door kleine veranderingen in je behoeftes op te merken. De zin om de balkondeuren open te slaan, sandalen aan te doen, voorjaarsgroente te eten, naar buiten te treden, iets te ondernemen. De natuur, dat zijn wij immers ook.

2 Reacties

  • Reply karin r. 11 maart 2017 at

    ramen zemen. daar merk ik het altijd aan. 🙂

    • Reply Cathelijne 11 maart 2017 at

      Nu je het zegt, idd!

    Reageer